Signaleren/zorgmeldingen

Het systeem biedt hulpverleners de mogelijkheid om een ‘alarmbel’ af te laten gaan over een specifieke jongere. Hoe gaat dat in zijn werk? Wie bepaalt wanneer iets een risico is en wanneer niet?

Het systeem biedt professionals de mogelijkheid hun zorg over een cliënt door middel van een signaal kenbaar te maken aan ketenpartners. Het systeem kent twee type signalen. Een signaaltype zegt iets over de ernst van het signaal en de actie die op basis van het signaal moet worden uitgezet.

In de Hoeksche Waard is het gebruik van signaaltypes als volgt geregeld:

Code Zwaarte Toelichting Melddagen
1 Laag Contact leggen over uitgewisselde signalen 5 werkdagen
2 Urgent De zorgcoördinator analyseert de situatie direct en bepaalt in overleg met de betrokken partijen in de keten, welke acties direct uitgevoerd worden. direct

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Hoe weet de signaalgever of en welk signaal afgegeven moet worden?

Voor de signaalgevers is een korte handwijzer opgesteld waarin op een eenvoudige wijze is vastgelegd hoe de signaalgever moet omgaan met het afgeven van signalen. Deze handwijzer is beschikbaar voor deelnemende instellingen.

De keuze tussen de signalen laag, hoog en urgent moet echter niet te zwaar worden gewogen. Als er een match wordt gemaakt, worden alle signaalgevers door de zorgcoördinator gebeld. In dat overleg wordt vervolgens informatie gedeeld over het signaal.

Zie tevens www.meldcriteria.nl.

 

 

 

 

 

 

Hoe worden de signalen opgevolgd?

De betrokken ketenpartners zullen in onderling overleg afstemmen hoe de signalen worden opgevolgd. Het signaleringssysteem Zorg voor Jeugd wijst automatisch een organisatie aan die de zorgcoördinatie op zich neemt wanneer meer dan één instelling is betrokken. De zorgcoördinator is verantwoordelijk voor het opvolgen van de signalen en voor de onderlinge afstemming van de signalen. De automatische aanwijzing is gebaseerd op de afspraken die met de betreffende instellingen zijn gemaakt in het kader van het convenant zorgcoördinatie.

 

 

 

 

Is een urgent signaal hetzelfde als een melding bij het AMK?

Het signaleringssysteem Zorg voor Jeugd is vooral gericht op het vroegtijdig signaleren van risico’s bij jeugdigen. De melding bij het AMK (Advies- en Meldpunt Kindermishandeling) blijft dus bestaan en dient door iedereen conform de richtlijnen te worden uitgevoerd.
Uitgangspunt dat dubbel melden vooralsnog de meest aangewezen weg is (uiteindelijk komen deze 2 meldingen toch bij elkaar omdat in dit geval de zorgcoördinatie toch bij Bureau Jeugdzorg terecht komt).

 

 

 

 

 

 

 

 

Hoe is de follow-up van signalen geregeld op scholen en peuterspeelzalen tijdens schoolvakanties?

Als de school/peuterspeelzaal vanwege vakantie gesloten is, worden er vanzelfsprekend ook geen signalen afgegeven. Hoe de school/peuterspeelzaal de bereikbaarheid geregeld heeft rondom crisissituaties is een interne aangelegenheid. De zorgcoördinerende organisaties hebben dan de verplichting om, gegeven de situatie, te handelen.

 

 

 

 

Mag je anoniem signalen afgeven?

Nee, je mag alleen als gebruiker signalen afgeven in Zorg voor Jeugd. Dat is nooit anoniem.

 

 

 

Wat te doen als je je ernstig zorgen maakt over een kind?

De melder is bij het afgeven van een urgent signaal over een jeugdige verplicht zelf direct telefonisch contact te leggen met de zorgcoördineerde instelling. Direct daarna wordt het signaal geregistreerd in het signaleringssysteem.

Als het een eerste signaal over een kind betreft, dan moet je als signaalgever handelen zoals je altijd doet. Bijvoorbeeld een melding bij het AMK doen als het om kindermishandeling gaat.

 

 

 

 

 

Als bijvoorbeeld een school een signaal wil afgeven over een jeugdige en er zijn nog geen signalen of ketenregistraties van deze jeugdige. Wat gebeurt er dan?

Dan moet de signaalgever, zoals ook nu het geval is, zelf actief handelen en contact leggen met bijvoorbeeld maatschappelijk werk/thuiszorg e.d. Het signaal blijft wel in het systeem. Het systeem geeft ook een bericht terug aan de signaalgever, waarin staat dat er geen andere instellingen betrokken zijn en dat het initiatief van handelen dus ligt bij de signaalgever.

 

 

 

 

 

 

 

 

Wat gebeurt er als twee organisaties een (eerste) signaal afgeven? Bijvoorbeeld PSZ en de school. Ziet dan de ene instelling dat er een eerder signaal is geweest en door wie?

Er wordt dan automatisch een zorgcoördinator aangewezen volgens de beslisregels. De beide instellingen die het signaal hebben afgegeven, krijgen hierover een email. Bovendien zien ze na het melden van het signaal, direct in het in het systeem welke instellingen eerder een signaal hebben afgegeven.

 

 

 

 

 

 

Wat gebeurt en bij een laag signaal (code 1)?

Bij een laag signaal neemt de zorgcoördinator binnen vijf kalenderdagen contact op met de signaalgever indien er meerdere signalen over dezelfde jeugdige zijn afgegeven. De zorgcoördinator overlegt met de signaalgevers of een plan van aanpak moet worden opgesteld. Bij een laag signaal zal dat niet altijd het geval zijn.

 

Code Zwaarte Toelichting Melddagen
1 Laag Contact leggen over uitgewisselde signalen 5 kalenderdagen
2 Urgent De zorgcoördinator analyseert de situatie direct en bepaalt in overleg met de betrokken partijen in de keten, welke acties direct uitgevoerd worden. direct

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Wat gebeurt er bij ‘misbruik’ van urgente signalen? Wat als instellingen worden overstelpt met urgente signalen?

Er wordt vanuit gegaan dat iedereen hier professioneel mee om gaat. De zorgcoördinator zal contact leggen met de signaalgever. De signaalgever zal dan moeten uitleggen waarom hij of zij een urgent signaal heeft afgegeven. Deze procedure waarborgt dat signaalgevers het gebruik van signalen misbruiken. Daarnaast beschikken de signaalgevers over een handwijzer waarin een eenvoudige richtlijn is uitgewerkt met betrekking tot het geven van signalen.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Hoe lang blijven signalen in het systeem zitten?

De verantwoordelijk zorgcoördinator bepaalt op welke moment de ketenregistratie en signalen worden verwijderd uit het systeem. Dat gebeurt op het moment dat geen zorgen meer bestaan over de jeugdige, 2 jaar nadat een registratie is ingevoerd, zodra de jeugdige 23 jaar wordt en direct na overlijden van de jeugdige.

Wanneer de ketenregistraties en signalen worden verwijderd, zakken de registraties gedurende een periode van 5 jaar naar de historie binnen de database. Op het moment dat er weer een nieuwe ketenregistratie en/of signaal wordt afgegeven over deze jeugdige, geeft het systeem een melding dat in het systeem als historie zit over deze jeugdige. In overleg met de verantwoordelijk manager van de instelling wordt bepaald of de historie weer geactualiseerd moet worden.

 

 

 

 

 

 

 

 

Kan ik als signaalgever ook in het systeem nagaan of er over de jeugdige al eerder een signaal is afgegeven, zonder dat ik zelf een signaal afgeef?

Nee, dat kan niet. Het overzicht van afgegeven signalen over een jeugdige wordt pas zichtbaar nadat een signaal is afgegeven. De signaalgever beschikt dus niet over de bevoegdheid om te kunnen raadplegen in alle signalen.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Mag je toch een signaal afgeven als de ouders en/of de jeugdigen het daar niet mee eens zijn?

In het privacy-advies staat duidelijk vermeld dat het informeren van ouders/wettelijke vertegenwoordigers toereikend is. Als u dat noodzakelijk vindt, kunt u ook een signaal afgeven als de ouders het daar niet mee eens zijn.
In het convenant is geregeld hoe ouders/wettelijke vertegenwoordigers bezwaar kunnen maken als zij het hier niet mee eens zijn.